Proef met detectiesysteem in stalling geslaagd

Proef met detectiesysteem in stalling geslaagd

Proef met detectiesysteem in stalling geslaagd

Bij station Zutphen, waar gemeente en NS samen de exploitatie van de stalling verzorgen, werd forse winst geboekt. Het aantal beschikbare fietsparkeerplekken steeg tot 30 procent na de start van de proef in mei vorig jaar. Van de 3500 plekken konden er dus sindsdien tot circa 1000 weer gebruikt worden. In Groningen en Utrecht is de methode ook uitgeprobeerd, maar was de toegepaste techniek nog niet feilloos. In totaal besloeg de proef ruim 11.000 fietsparkeerplaatsen. ProRail is nu op zoek naar nieuwe locaties. Doordat in de fietsenrekken schakelaars worden ingebouwd, gaat er een signaal naar een computer wanneer er een fiets wordt geplaatst. Op diverse schermen in de stalling wordt er vervolgens bijgehouden hoeveel plek er nog is in een bepaald vak. De beheerder kan tegelijkertijd zien hoe lang een fiets al geparkeerd staat. Is dit langer dan de afgesproken termijn van bijvoorbeeld tien dagen, dan kan de beheerder actie ondernemen. De proef in Zutphen leerde tevens dat goed beheer een belangrijke succesfactor is. Volgens ProRail kan het aantal toepassingen ook worden uitgebreid. Zo kan net als bij autoparkeergarages op de belangrijke verkeersroutes voor fietsers het aantal lege plaatsen bij diverse stallingen worden getoond.

De vraag is overigens wel of er daadwerkelijk sprake is van een trend. Alleen de cijfers over de laatste twee jaar laten zich vergelijken en dan kunnen bijvoorbeeld weersinvloeden een rol spelen. De cijfers van de jaren ervoor zijn niet goed vergelijkbaar omdat de onderzoeksmethode is veranderd. Het ‘Mobiliteitsonderzoek Nederland’ (MON) werd opgevolgd door het ‘Onderzoek verplaatsingen in Nederland’ (OViN). Het nieuwe OViN wijkt op een aantal belangrijke punten af van het vroegere OVG en MON.


TOP